Skip to main content

KLJ'ers doen aan pleegzorg: “De plaats waar je wieg staat, is heel belangrijk”

Nationaal

9 maart 2022

Soms kunnen kinderen door allerlei omstandigheden even niet meer thuis wonen. Ze kunnen dan terecht bij een pleeggezin voor een paar dagen, weken of maanden. De familie Van der Meiren uit Nieuwrode is zo’n logeergezin. “Kinderen opvangen betekende voor zowel het pleegkind als ons gezin een grote meerwaarde”, vertellen Carina, Marie en Pieter.

“Mijn man, Gert, werkte in de bijzondere jeugdzorg en merkte op dat er nood was aan extra opvanggezinnen”, begint Carina Ramaekers (59) het verhaal. “Naast onze drie dochters Lienne (29), Nelle (27) en Marie (25) en zoon Pieter (23), wou ik altijd nog een vijfde kind, maar Gert zag dat minder zitten. Daarom zijn we zo’n zeventien jaar geleden gestart als pleeggezin. Ook voor onze kinderen vonden we dat een meerwaarde, want zo leerden ze dat het niet voor alle kinderen even makkelijk is om op te groeien. Zij weten nu dat de plaats waar je wieg staat, heel belangrijk is.”

Wat houdt dat precies in, pleeggezin zijn?

Carina: “Eerst deden we aan crisisopvang. Gedurende een heel korte periode – vaak maar voor enkele dagen – vingen we kinderen op. De redenen waarom we ze moesten opvangen, waren heel divers. Zo was er bijvoorbeeld een moeder die ging bevallen van een derde kindje, maar geen opvang vond voor haar twee andere kinderen, of er was een ouder die een nacht in de cel moest doorbrengen. Meestal ken je niet alle details over de gezinssituatie van het kind, maar dat hoeft ook niet. Je probeert het vooral een zo warm mogelijk onderdak te geven, zolang als nodig. Als het probleem is opgelost, gaat het kind weer naar huis. Met die crisisopvang zijn we ondertussen gestopt, maar we hebben wel een pleegkind dat al elf jaar over de vloer komt. Ze verblijft hier tweewekelijks een weekendje en in de zomervakantie blijft ze soms voor een langere periode. Dat heet ondersteunende pleegzorg.”

Kan elk gezin zomaar een pleeggezin bij Pleegzorg worden?

Carina: “Het is best pittig om het te worden, want er gaan veel gesprekken aan vooraf. Ze vragen onder andere waarom je een pleeggezin wil worden en schotelen je enkele situaties voor waarbij je moet zeggen hoe je ze zou aanpakken. Dat is zeker nodig, want zo kan Pleegzorg (de organisatie die alles in goede banen leidt, red.) je goed screenen en weet je waar je je aan kan verwachten. Ze geven je trouwens niet zomaar een pleegkind. Pleegzorg kijkt altijd eerst of het kind en diens ouders een match vormen met je gezin.”

Marie: “Ook mijn broer, zussen en ik werden in onze kindertijd gescreend. Dat was best indrukwekkend, het waren veel gesprekken. Ze vroegen bijvoorbeeld hoe we zouden reageren als iemand ons speelgoed stukmaakt. Pieter, die toen zes jaar was, vertelde tijdens zo’n gesprek dat hij het allemaal oké vond, zolang het pleegkind maar een jongen was. Hij had al drie zussen en dat vond hij genoeg. (lacht) Achteraf gezien vind ik het heel goed dat ook wij gehoord werden.”

[Lees verder onder de foto.]

Pleegzorg Van der Meiren Hélaba magazine

Speelkameraadjes

Hoe ervaarden jullie het als er plots een extra kind in huis was?

Pieter: “Ik was heel klein toen we aan crisisopvang deden, dus ik bekeek de andere kindjes altijd als speelkameraadjes die enkele dagen op bezoek kwamen en dan weer weggingen. Het was vooral leuk om met ze te spelen, ik besefte nog niet dat ze een moeilijke thuissituatie hadden. Ik kan me de meesten niet goed herinneren, maar met ons huidige pleegkind ben ik wel opgegroeid.”

Marie: “Ik was iets ouder dan Pieter, dus ik herinner me de meeste kinderen iets beter. Ik zag ze ook meer als speelkameraadjes. Soms was de thuissituatie van een kind nog niet helemaal in orde en dan was het moeilijk om het toch weer thuis af te zetten, maar gemaakte afspraken moet je nakomen.” 

Carina: “Telkens als we de vraag kregen om een kind op te vangen, vroegen we aan onze kinderen of ze ermee akkoord gingen. Gert en ik vonden dat belangrijk, want als zij het niet zagen zitten, mislukte het sowieso. Ook onze andere dochters, Nelle en Lienne, hebben er een groot aandeel in gehad. Voor ons als ouders is het fijn om te zien hoe onze kinderen die pleegzorg mee hebben doen slagen.”

Jullie zijn een echt KLJ-gezin en zijn jarenlang lid, leiding, vrijwilliger en zelfs werknemer geweest. Gingen de pleegkinderen dan mee naar de KLJ?

Pieter: “De kindjes uit de crisisopvang niet, want die waren nooit lang genoeg bij ons thuis. Ons huidig pleegkindje is wel een tweetal jaar mee naar de KLJ gegaan. Ze zag steeds hoe wij met z’n vieren vol enthousiasme naar de wekelijkse activiteit gingen en wou dat ook proberen. Omdat ze niet veel andere kinderen kent – want ze gaat ergens anders naar school – is ze er na een tijdje toch mee gestopt.”

[Lees verder onder de foto.]

Pleegzorg Van der Meiren Hélaba magazine

Communiceren is belangrijk

Krijgen jullie ook begeleiding tijdens de opvang?

Carina: “Ja, en dat is belangrijk, want elke ouder heeft zo zijn blinde vlekken. Een professionele medewerker van Pleegzorg waarbij je terechtkan met je vragen is dan zeker een meerwaarde. Het is de reden waarom we in die structuur willen blijven. In principe kunnen we alles rechtstreeks en onafhankelijk regelen met de moeder van ons pleegkind, want we hebben er een goede band mee opgebouwd, maar dat doen we niet. We willen die ondersteuning heel bewust wel, want je weet niet wat er ooit nog kan komen.”

Hebben jullie veel contact met de moeder?

Carina: “We doen veel in overleg. Als ik vroeger, bijvoorbeeld, eens de haren van ons pleegkind wilde knippen, vroeg ik dat altijd aan de moeder. Nu ze wat ouder is, overleg ik veel rechtstreeks met haar, maar ik koppel wél nog altijd terug naar de moeder. Die onderlinge communicatie is enorm belangrijk, want daar hangt het succes van een pleeggezin vanaf.”

Marie: “Toen ons pleegkindje nog klein was en pas begon te spreken, hoorde ze mij, mijn zussen en broer steeds ‘mama’ en ‘papa’ zeggen tegen mijn ouders. Na een tijdje nam ze die woorden over. Mijn ouders hebben dan aan de moeder gevraagd of dat oké is. Dat vond ik heel sterk, want het zorgde voor wederzijds vertrouwen.”

[Lees verder onder de foto.]

Pleegzorg Van der Meiren Hélaba magazine

Voetbalmatch

Marie en Pieter, jullie ervaren pleegzorg als een succes. Zouden jullie het later ook willen doen?

Marie: “Ik zou het sowieso wel willen, net omdat ik zie hoe waardevol het geweest is voor ons pleegkind. Natuurlijk zijn het langetermijnplannen en moet ik het overleggen met mijn vriend.”

Pieter: “Met een eigen gezin ben ik nog niet bezig, dus ik heb er nog niet echt over nagedacht. Als er plaats is voor een pleegkind, zou ik het zeker overwegen, want pleegzorg is voor ons gezin een grote meerwaarde geweest. We zijn er enorm door gegroeid en ons pleegkind heeft vaak een verbindende rol gespeeld, bijvoorbeeld als we eens onderling ruzie hadden. Zelfs nu nog zorgt ze voor verbinding. Ik heb jarenlang gevoetbald en nooit kwam het hele gezin naar mijn wedstrijden kijken. Ons pleegkindje voetbalt nu ook en speelde onlangs haar eerste wedstrijd. Plots stonden we daar met z’n allen aan de zijlijn te supporteren, zoiets had ik nooit durven dromen.”

 

Tekst: Jonas Smeulders

Jouw verhaal in de Hélaba?

Ben jij ook altijd onder de indruk van die verhalen die we in de Hélaba neerpennen? En denk jij bij het lezen aan een straf verhaal dat je graag met alle KLJ’ers deelt? Laat het ons weten!

Deel je verhaal