X-TRACTOR
Over het spel
- ongeveer 2 uur
- 12 tot 120 spelers, 15 tot 20 jaar
- buiten (grasveld)
Benodigdheden
Uitleg
X-TRACTORTREKKERSTROEP
Een boerenleuk massaspel
Welke ploeg is de meest getalenteerde tractortrekkerstroep? In dit wilde toernooi nemen teams het tegen elkaar op om X-tractor te winnen door als eerste de finish voorbij te racen!
Doel van het spel
Verzamel zoveel mogelijk voordeelkaarten door uitdagingen te volbrengen aan de spelposten. Die kaarten geven een tactisch voordeel tijdens het finale trektoernooi, waarbij teams elkaar letterlijk over de streep moeten trekken.
Voorbereiding
Knip de voordeelkaarten uit.
Maak een centraal startpunt en twaalf spelposten: die mogen ver uit elkaar liggen zodat de leden lang onderweg zijn. Markeer de spelposten eventueel met rieken en kartonnen borden waarop hints staan over het spel (zie 'titel' bij de spelen, bv. samenwerken, geduld ...).
Niet elke post moet bevolkt zijn, je kan als leiding doorschuiven afhankelijk van waar er groepen naartoe lopen.
Zorg dat alle spelmaterialen klaarstaan bij de juiste posten.
Knoop het trektouw aan de autobanden. En markeer de startstreep en finishlijn voor de race.
Optioneel: trek je beste X-tractoroutfit aan en zet tractormuziek op.
Verdeling in ploegen
Heb je 12 deelnemers of 120? Het kan allemaal, je kan het spelen met minstens twee en maximaal twaalf ploegen. Idealiter verdeel je in ploegen van acht spelers, maar alles tussen zes en tien spelers is mogelijk.
Je kan dit spel doen met meerdere afdelingen samen, je hele Chirogroep of samen met dezelfde afdeling uit een andere Chirogroep van je gewest.
Optionele groepsindeling, kan aangepast worden naargelang hoe groot je de ploegjes wilt: laat zoals bij 'Ik zeg ...' de deelnemers opdrachten uitvoeren. Aan het einde van dit spel zouden ze in goed verdeelde groepen moeten staan.
Ik zeg ...
Kruip op jullie knieën rond.
Loei als koeien als je ooit al een koe hebt aangeraakt.
Spring als kikkers.
Iedereen die al eens in een tractor zat, gaat rechtstaan als een vogelverschrikker.
Wie nog niet in een tractor zat, neemt de hand vast van een vogelverschrikker (max. één persoon per hand, iedereen moet nu per drie staan).
Draai een rondje rond de vogelverschrikker.
Tik één of twee andere groepjes en vorm samen een slinger. (Afhankelijk van hoe groot de groep is, kan je zo een slinger vormen van zes of negen spelers.)
Draai het hele groepje op rond een van de spelers aan een uiteinde van je slinger. En voilà: daar zijn je teams.
Spelverloop
De teams staan in het midden van het veld. Rond hen zijn er twaalf spelposten. In hun teams beslissen ze voor welke post ze willen gaan. Een leid.st.er roept op welke manier de teams zich moeten verplaatsen. Bijvoorbeeld: als een konijn, koprollend, kruiwagen, op elkaars rug, sprintje, huppelend, enz.
Zodra het signaal gegeven wordt (tractormuziek of starthoorn), moet één speler of een deel van de ploeg op die manier zo snel mogelijk bij de post geraken. Het eerste team dat aankomt, mag een spel spelen. Daarmee verdienen ze een voordeelkaart als ze winnen.
Het lopen duurt ongeveer 1-3 minuten, het spel ongeveer 7 minuten.
Spelposten
Bij elke spelpost speelt de eerste ploeg een spel (soms de eerste twee ploegen). Wie daarna aankomt, zoekt een ander postje. Niet elke ploeg hoeft elk postje te passeren: daarom moeten ze kiezen waar ze willen langsgaan.
Het is niet nodig om de ploegen bij elke ronde een kaartje te geven, de postbewakers mogen streng zijn. Het is leuk als elk team drie à vier kaartjes heeft verdiend na deze spelfase.
- Stabiele hand: Waterpong. De deelnemers staan op een afstandje van zes bekers met water en gooien om beurten. Als de pingpongbal in een beker belandt, wordt die beker aan de kant gezet en mogen de deelnemers verder gooien naar de andere bekers. De bekers mogen dichter tegen elkaar gezet worden. Als alle bekers geraakt zijn, krijgt de ploeg een voordeelkaart.
- Samenwerken: Onzichtbare muur: de deelnemers moeten over een op hoogte gespannen touw geraken zonder het te raken. Wie over het touw is, mag niet meer terugkeren. Als het touw geraakt wordt, moet de hele ploeg terug naar de beginkant om opnieuw te proberen. Als iedereen aan de andere kant geraakt is, krijgen ze een voordeelkaart.
- Lege maag: De deelnemers moeten samen een bus slagroom leeg krijgen zonder te morsen. Let op dat de bussen slagroom telkens ondersteboven gehouden worden tijdens het spuiten, anders ontsnapt er te veel gas en komt niet alles eruit. Als ze leeg is, krijgt de ploeg een voordeelkaart.
- Kracht: De deelnemers maken een piramide die door de begeleiding als indrukwekkend beoordeeld kan worden. Een eenvoudige 3-2-1-piramide op handen en knieën is dus niet voldoende. Als dat gelukt is, krijgen de deelnemers een voordeelkaart.
- Communication is key: Donkere stoelcirkel: de deelnemers worden geblinddoekt rond een berg stoelen geplaatst. Ze proberen met hun ploeg de berg te ontwarren en in een cirkel te plaatsen zodat alle stoelen op een meter afstand van elkaar staan. Ze mogen met elkaar overleggen. Als ze denken dat de opstelling correct is, mogen ze allemaal op een stoel gaan zitten. Is het effectief gelukt, dan krijgen ze een voordeelkaart.
- Slimmeriken: Touw ontwarren: gooi een lang, dik touw op een hoopje in het midden van de groep. Vervolgens vragen we alle leden het touw met twee handen vast te pakken. De opdracht is om het touw te ontwarren zonder handen los te laten en uiteindelijk op een rij te staan met de handen aan een ontward touw zonder knopen. De deelnemers mogen het touw door hun handen laten glijden maar hun handen mogen niet van volgorde of plaats veranderen.
- Geduld: Tel met de groep tot twintig door zonder overleg om beurten een getal te roepen. Roep je met twee tegelijk, dan moet je opnieuw beginnen. (Beperk eventueel het aantal pogingen, niet elke ploeg hoeft elke keer een voordeelkaart te winnen.)
- Lenigheid: Ster/spin: de groep verdeelt zich in tweeën (deze opdracht kan met zes of acht personen gespeeld worden). De helft van de groep gaat voorovergebogen in een cirkel staan. De anderen springen om beurten op de groep en laten zich aan de overkant over iemands rug zakken tot ze hun benen kunnen vastpakken. Dan laten ze zich zonder los te laten voorover vallen zodat ze met hun hoofd tussen de benen van de rechtstaande persoon hangen en hun voeten buiten de cirkel staan. Dan wandelen ze met de hele ploeg samen van punt A naar B. Als dat gelukt is, krijgen ze een voordeelkaart.
- Drama: De teams beelden elk een ander boerderijdier naar keuze uit en doen het geluid ervan op een goede en overtuigende manier na. Zodra vijf spelers van de ploeg dat vol enthousiasme en goed gedaan hebben, is de opdracht geslaagd.
- Duel: De twee teams die te laat zijn, strijden tegen elkaar in een hanengevecht. Twee (of meer) spelers hinkelen op één been en proberen met de armen gekruist hun tegenstander omver te duwen. Wie het langst op één been blijft staan, is de winnaar.
- Tekenskills: De deelnemers tekenen een boerderijplaat na. De leiding beslist of de afbeelding voldoende juist nagetekend is om een voordeelkaart te verdienen.
Voordeelkaarten
Voorsprong krijgen
Hulp van begeleiding bij het trekken
Lichte begeleiding op de band
Achterstand voor een ander team
Schakel iemand van een ander team voor één ronde uit
Hindernis plaatsen op het parcours van een ander team
Blinddoek iemand van een ander team (niet de persoon op de band)
Iemand van een ander team achteruit laten lopen
Zwaardere begeleiding op de band van de tegenstander
Start met een achterstand
Veters van een tegenstander aan elkaar binden
Finale: trektoernooi
Nadat de meeste teams drie à vier voordelen verzameld hebben (ongeveer na zes spelposten) start het trektoernooi (45 minuten):
De teams strijden tegen elkaar met de verzamelde voordelen. Ze kiezen welke ronde ze een bepaald voordeel inzetten.
Maak een toernooischema waarbij de eerste ronde iedereen kan racen tegen elkaar. Daarna racen de winnaars van de eerste ronde tegen elkaar. In de finale strijden de snelste teams van de tweede ronde tegen elkaar.
De race zelf: iedereen krijgt een startpositie afhankelijk van hun voordeel. Daar ligt de autoband met een leid.st.er in, en het team staat errond. Na het startsignaal loopt het team naar het touw en trekken ze zo snel mogelijk de autoband (mét leid.st.er erin) tot voorbij de eindmeet. (* Maar 1 touw en 1 autoband? Dan kan je de ploegen timen in plaats van hen op hetzelfde moment tegen elkaar te laten spelen. )
Podiumceremonie (5 minuten): het winnende team krijgt een oorkonde, eeuwige roem en een ererondje in de autoband, want zij zijn de beste X-tractortrekkerstroep!