Skip to main content

Wie wordt de beste boerderijknecht?

een spel van KLJ
een spel van KLJ

Over het spel

  • ongeveer 2 uur
  • 6 tot 40 spelers, 9 tot 16 jaar
  • Boerderij

Benodigdheden

Petten (1/3 x aantal leden), handdoeken (1/3 x aantal leden), sokken (1/3 x aantal leden), zelfgemaakte koe die gemolken kan worden, latex handschoen, water, maïzena, minimaal 2 paar looplatten, minimaal 2 autobanden, golfstok, klein (voet)balletje, poortjes om met de kleine bal onder te gaan, minimaal 2 jute zakken, 1 ei per lid, boerderijmemorie, 1 stempelkaart per lid, stempels of stiften, boerderijdiploma’s, flessen om kalfjes drinken te geven, kruiwagen, krachtvoer, warme chocomelk

Uitleg

Hoeveel leden weten nog hoe het leven op de boerderij er aan toe gaat en wat er precies gebeurt? Tijdens deze activiteit krijgen ze de kans om dat op een speelse manier te ontdekken. Aan de hand van spelletjes en opdrachten maakt iedereen kans om een echte boerenknecht te worden, spannend! 

Spelvoorbereiding

Hoeveel leden weten nog hoe het leven op de boerderij er aan toe gaat en wat er precies gebeurt? Tijdens deze activiteit krijgen ze de kans om dat op een speelse manier te ontdekken. Aan de hand van spelletjes en opdrachten maakt iedereen kans om een echte boerenknecht te worden, spannend! 

Vind een locatie

Zoek een boerderij die geschikt is om deze activiteit te spelen. Doe dat ruim op voorhand, want het kost wel wat tijd om deze activiteit te organiseren. Licht de mensen die op de boerderij wonen voldoende in over wat je van plan bent en vraag overal toestemming voor. Ga, voor de activiteit begint, alles klaarzetten op de boerderij.

Materiaal

Maak zelf een koe. Dat kan met karton, hout of papier maché. De koe moet ook gemolken kunnen worden, voorzie dus een uier. Die maak je door een latex handschoen te vullen met water en maïzena en door gaatjes te prikken in de vingertoppen. Maak ook een ‘boerderijmemorie’. Bij die memorie moeten je leden het juiste volwassen boerderijdier combineren met het juiste jonge dier, dus bijvoorbeeld een koe met een kalfje.

Inkleding

Alle begeleiders verkleden zich als boer of boerin. Vraag aan de echte boer of hij een huifkar heeft. Hij kan je leden dan misschien wel met die huifkar vervoeren van je KLJ-lokaal tot aan de boerderij. Je leden zitten dan meteen in het verhaal!

Spelverloop

De leden verzamelen aan het KLJ-lokaal. Ze merken meteen op dat alle leiding verkleed is als boer, maar waarom? De reden daarvoor is heel simpel. Boer Jan uit het dorp heeft sinds kort 100 nieuwe koeien op zijn boerderij. Dat zijn er enorm veel. Hij krijgt het werk alleen niet gedaan en vraagt daarom hulp aan jouw afdeling. Natuurlijk is het boerderijwerk niet voor iedereen weggelegd. Je leden moeten eerst bewijzen dat ze echte boerderijknechten zijn die alle kneepjes van het vak onder de knie hebben. Je leden zitten niet voor niets in een landelijke jeugdbeweging, dus gaan ze de uitdaging aan! Vol goede moed stapt iedereen op de huifkar richting boer Jan.

Speluitleg

Tijdens deze activiteit proberen je leden te bewijzen dat ze echte boerderijknechten zijn en proberen ze hun boerderijdiploma te halen. Hiervoor krijgen ze een stempelkaart. Per opdracht die de leden goed uitvoeren, krijgen ze een stempel. Is de kaart vol, dan zijn ze met glans geslaagd. Uiteraard zorg je ervoor dat iedereen op het einde een volle stempelkaart heeft. Om je leden volledig onder te dompelen in het boerderijleven, voorzie je ook nog een leuke opwarmer en afsluiter.

Groepsindeling

Op de boerderij liggen petten, handdoeken en sokken verstopt. Je leden mogen zoeken naar de voorwerpen. Als een lid iets gevonden heeft, raapt hij of zij het voorwerp op en gaat hij of zij terug naar de leiding. Iedereen die eenzelfde voorwerp heeft, vormt een groepje.

Opwarmer: Kalfjes eten en drinken geven

Dompel je leden volledig onder in het boerderijleven en ga naar de stal. Vraag of de boer uitleg komt geven over het melken van de koeien. Laat je leden vervolgens melk geven aan de kalfjes. Vraag hier wel de toestemming en begeleiding van de boer voor. De echte durvers kunnen de kalfjes eens aan hun vingers laten zuigen. Nadat de kalfjes hebben gedronken, kunnen de leden helpen bij het voederen van de koeien. Met de kruiwagen kunnen ze het krachtvoer verdelen onder de dieren.

Opdrachten

Elk lid krijgt een stempelkaart met daarop zes vakjes en de titel ‘hoe word ik een boerderijknecht?’ Er staan zes opdrachten op de leden te wachten. De leiding verdeelt zich over de opdrachten en laat de leden naar hen komen. Elke keer als de leden een opdracht tot een goed einde brengen, krijgen ze een stempel. Wanneer hun stempelkaart vol is, worden ze een echte boerderijknecht.

OPDRACHT 1: KOE MELKEN

Hebben je leden goed geluisterd naar de boer? Dan is het nu tijd om zelf een koe te melken! Geen echte koe natuurlijk, maar de zelfgemaakte. Laat je leden knijpen in de gevulde latex handschoen. Krijgen ze alles eruit?

OPDRACHT 2: LATTENLOPEN

De tweede opdracht is lattenlopen, van de ene kant van de stal of van het veld naar de andere kant. Je kan er een wedstrijdje van maken, maar dat moet niet. Iedereen die de finish haalt, krijgt een stempel.

OPDRACHT 3: AUTOBANDEN ROLLEN

Een boerderijknecht moet sterk zijn. Zijn jouw leden dat? We testen het uit! Zet je leden op een lijn en markeer een tweede lijn iets verderop. Lukt het om een autoband in één worp of rol over de tweede lijn te krijgen? Je kan er ook een wedstrijdje van maken. Wie gooit of rolt dan het verst?

OPDRACHT 4: BOERENGOLF

De vierde opdracht is Boerengolf, want dat speelt boer Jan graag in zijn vrije tijd. Bij deze opdracht moeten de leden met een golfstok (of een andere stok met onderaan een klomp) een (voet)balletje door poortjes slaan. Iedereen die het parcours aflegt krijgt opnieuw een stempel.

OPDRACHT 5: ZAKSPRINGEN

De vijfde opdracht kent iedereen: zakspringen. Hoe snel kunnen je leden een bepaalde afstand afleggen met hun voeten en benen in een jute zak? Je kan er alweer een wedstrijdje van maken, maar geef wel iedereen die de finish haalt een stempel.

OPDRACHT 6: EIERENPARCOURS

Nu is het tijd voor de laatste opdracht. Ieder lid krijgt een houten lepel en een ei of een knikker. Je leden moeten vervolgens een parcours afleggen. Dat gaat niet zomaar, want ze moeten de hele tijd de lepel met daarop het ei in de mond houden. Iedereen die de finish haalt zonder dat het ei valt, krijgt een stempel.

Afsluiter: spelen in het stro

Als afsluiter spelen de leden boerderijmemorie. Zo testen ze hun dierenkennis, want kunnen ze het juiste jonge boerderijdier bij het juiste volwassen dier plaatsen? Vinden ze bijvoorbeeld de koe en het kalfje? Het varken en het biggetje? Of de kip en het kuikentje? Je kan het lekker gezellig maken en het spel al zittend op stro spelen.

Speleinde

Alle opdrachten zijn gespeeld en je leden kregen een blik achter de schermen van een boerderij. Maar zijn ze nu ook echte boerderijknechten geworden? Natuurlijk wel, want iedereen heeft alle zes de stempels op zijn of haar kaartje verzameld. Hou dus een kleine diploma-uitreiking en geef iedereen zijn of haar diploma. Bedank de nieuwe boerderijknechten voor hun harde werk met een warme chocomelk en trakteer ze eventueel met een productje van de boerderij.