Skip to main content

Smurfen in de greep van Gargamel

een spel van Chirojeugd Vlaanderen
een spel van Chirojeugd Vlaanderen

Over het spel

  • ongeveer 3 uur
  • 20 tot 50 spelers, 6 tot 99 jaar
  • buiten (groot)

Benodigdheden

  • Gerecycleerd materiaal (= kartonnen dozen, papier, plastic, flessen, …)
  • Papier en pennen
  • 2 stoelen
  • Enkele verkleedkleren
  • 2 hoepels
  • 2 flesjes
  • 2 kaarten
  • Cd met smurfenliedjes
  • Drankje per kind
  • Enkele smurfenpopjes in een doos

Uitleg

“Wie van jullie weet wat “Smurfen” zijn?” “Hoe zien ze eruit?” “Waar wonen ze?”

Wel vandaag gaan we op bezoek bij de “Smurfen” maar er is iets mis. In het dorp vinden we maar 2 smurfen: “Grote smurf” en “Smurfin”. De andere smurfen zijn ontvoerd door “Gargamel”. Hij is de vijand van de smurfen.

Om de smurfen te bevrijden moeten we allerlei opdrachten tot een goed einde brengen om zo de verstopplaats van Gargamel te vinden.Dus wie gaat er mee naar het Smurfendorp?!

Verder verloop van de activiteit:

  • De leden worden in 2 groepen verdeeld: ze doen allen 1 schoen uit. Alle schoenen worden op 1 hoop gelegd en dan verdeelt de leiding de schoenen over 2 hopen. De ene hoop is een groep en de andere ook.
  • De ene groep wordt begeleid door Smurfin, de andere door Grote smurf (= begeleiding)
  • De begeleiding heeft een blad waarop allerlei opdrachten staan in “Smurfentaal” (=werkwoorden vervangen door “Smurf”)  
    • Opdracht 1: “Smurf” (= verzin) voor iedereen van je groep een eigen, karaktergebonden Smurfennaam bv: Zeursmurf (= iemand die zeurt), Giechelsmurf (= iemand die veel giechelt), …
    • Opdracht 2: “Smurf” (=bouw) een smurfendorp met “gesmurft” (= gerecycleerd) materiaal (kartonnen dozen, flesjes, wc-rolletjes, papier, plastic, …)
    • Opdracht 3: “Smurf” (= maak) een smurfengedicht over “Gargamel” in Smurfentaal van +- 10 regels
    • Opdracht 4: “Smurf” (= leg) de moeilijke route naar Gargamel’s “smurf” (= huis) af = hindernissenparcours. Ze “smurfen” (= moeten) onder de stoel, door de tunnel (= hoepel), een kledingstuk “aansmurfen” (= aantrekken) (om niet op te “smurfen” (= vallen)), 5 toertjes “smurfen” (= draaien) rond een flesje om goed te kunnen “smurfen” (= zigzaggen) van plaats naar plaats en daarna “terugsmurfen” (= teruglopen) naar hun ploeg. Als de eerste terug is, dan mag de volgende.
    • Opdracht 5: “Smurf” (= speel) het spel: “Azraël kom uit je hol”. Azraël is de stoute kat van Gargamel. Het spel “smurft” (= gaat) hetzelfde als “vos kom uit je hol”. 1 begeleiding is “Azraël” en zit met zijn rug achter een omgekeerde tafel naar de kinderen. De leden staan op een afstand van “Azraël”. Ze proberen steeds dichterbij te “smurfen” (= komen) en “smurfen” (= roepen) ondertussen: “Azraël” kom uit je hol”. Als “Azraël “smurft” (= denkt) dat jullie dicht genoeg zijn dan draait hij/zij zich om en probeert hij/zij de leden te “smurfen” (= tikken) voor ze terug bij hun lijn zijn. Word je “gesmurfd” (= getikt) dan moet je “Azraël” “smurfen” (= helpen) met “smurfen” (= tikken). Dit spel wordt “gesmurfd” (= gespeeld) door beide groepen samen.
    • Opdracht 6: Als de kinderen. alle opdrachten hebben “gesmurft” (= uitgevoerd) dan is het tijd om de smurfen te “besmurfen” (= bevrijden). Hiervoor krijgen ze van “Gargamel” een kaart waarop de plek “aangesmurfd” (= aangeduid) staat waar de smurfen zich “besmurfen” (= bevinden). Nu moeten de 2 groepen zo snel mogelijk de smurfen “smurfen” (= vinden). Wie ze eerst “smurft” (= vindt) wint.

Afsluiting van de activiteit:

Grote smurf en Smurfin zijn zo blij dat ze een groot feest “smurfen” (= organiseren) voor alle leden. We “smurfen” (= dansen, beetje gek doen) op smurfenliedjes en “smurfen” (= drinken) samen iets. Daarna is het tijd om de smurfen te “versmurfen” (= verlaten).

Bijlagen