Skip to main content

Op reis door de tijd

een spel van Chirojeugd Vlaanderen
een spel van Chirojeugd Vlaanderen

Over het spel

  • ongeveer 3 uur
  • 20 tot 99 spelers, 0 tot 10 jaar
  • buiten (grasveld)

Benodigdheden

  • 4 banken
  • 4 kussens
  • kan je zelf kiezen kwartetten
  • 1 emmer
  • 4 tennisballen
  • 1 paardje (om door te kruipen)
  • 1 boek kaarten

Uitleg

Op reis door de tijd : kwartetten. 1. Oertijd. Vorm vier ploegen en plaats de 4 banken in een vierkant. Van elke ploeg gaat er 1 persoon op de banken staan met een kussen in de hand. Het doel is zo lang mogelijk op de bank te blijven staan en de anderen er af te duwen met je kussen. Wie het langst op de bank blijft staan mag 3 voorwerpen zoeken om een kwartet te kunnen vormen. Wie er als voorlaatste op blijft staan krijgt 2 voorwerpen, die daarvoor 1 voorwerp. Wie er eerst afvalt, mag geen enkel voorwerp kiezen. Daarna gaat er iemand anders van elke ploeg op de banken staan. De ploeg met de meeste kwartetten wint het spel. 2. Egypte. Verdeel de groep in twee en speel blad-steen-schaar. Elke speler krijgt een kaart. Als je een spel wint krijg je de kaart van je tegenstander en ga je naar de volgende persoon met twee kaartjes. Als je dan het spel verliest moet je je twee kaartjes afgeven. Je kan slechts kwartetten vormen als er iemand van je ploeg gewonnen heeft. Verzamel zo veel mogelijk kwartetten. 3. Middeleeuwen. Maak vier ploegen. Plaats voor elke ploeg een bank, zet daarachter het paardje (of stoel) en tenslotte een emmer. Van elke groep loopt de eerste over de bank en kruipt onder het paardje. Dan neemt die een tennisbal en probeert die in de emmer of door het gat te gooien. Als dit lukt mag mag die een speelkaart trekken en terug naar zijn groep lopen. Dan mag de volgende vertrekken. Ook hier moet je zo veel mogelijk kwartetten vormen. 4. Eigen tijd. Alle kwartetten liggen in het midden van het plein. Vorm vier ploegen. Bij het startschot loopt er van elke ploeg iemand naar het midden, neemt een voorwerp en loopt terug naar zijn ploeg. Dan mag de volgende vertrekken. Er mag dus steeds maar één persoon van elke ploeg aan het lopen zijn en je mag telkens maar één voorwerp meenemen. Je moet nog altijd zoveel mogelijk kwartetten vormen maar nu mag je ook bij andere groepen gaan stelen. Het spel wordt gespeeld tot alle kwartetten gevormd zijn.

van Tinne Leysen, KM/0611, Chiromeisjes Kasterlee, Kasterlee