Boerderij op stelten

- box - muziek - dierenpak - krijt - 10 kegels - 2 hoepels - 2 stoelen - 2 banken - alle autobanden - 2 paar regenlaarzen - 6 emmers - zak patatten - alle tennisballen - sjortouw - verschillende kleren uit de verkleedkoffer - wasknijpers - 2 scharen - 8 pakken glowsticks - 2 overalls - 2 boerenzakdoeken - 2 petten - 10 legen brikken of bussen melk gevuld met wat zand - evenveel blinddoeken als er kinderen zijn - 4 bollen wol - rauwe eieren - boerderijbel - gekookte eieren - 10 stukken zeep - 10 waskommen of emmers met water - potgrond - evenveel potjes als er leden zijn - water - zaadjes (tuinkers is ideaal)

Vandaag spelen we allemaal spelletjes in thema boerderij. Stuur op voorhand een berichtje naar alle ouders dat ze hun kind verkleden in thema boerderij. Maak een scorebord op het krijtbord door alle namen van de kinderen op te schrijven met het woordje boer of boerin ervoor. Elke keer er een spel wordt gespeeld, kunnen er punten worden verdiend. Wie op het einde van de dag de meeste punten heeft verdiend, is de opperboer of boerin.

 

Rode draad van het spel doorheen de dag: Wanneer de diedadierendans wordt afgespeeld is er een leiding in een koeienpak (of een ander pak uit de verkleedkoffer) verstopt op het terrein. De kinderen moeten hem gaan zoeken en wie hem als eerste heeft gevonden, is gewonnen en krijgt een punt extra bij op het scorebord. 

Benodigdheden algemeen: box, muziek, dierenpak, krijt

 

Spel 1: kruiwagen lopen 

Zorg ervoor dat elke sloeber een vriendje heeft waar deze bij gaat staan. Ga aan de draad staan. De bedoeling is dat 1 iemand de kruiwagen is en tot de overkant loopt. Wanneer deze aan de overkant is, wordt er gewisseld en gaat de andere als kruiwagen terug. Het koppel dat als snelst terug de draad bereikt, is gewonnen. 

 

Spel 2: boerenlaarzen race 

Maak 2 dezellfde parcourtjes, bv 10 keer rond kegel lopen, door een hoepel gaan, onder een stoel door, over een bank wandelen en door alle banden heen totdat je de laatste kegel raakt. Verdeel de groep in 2 groepen. De eerste sloeber van elke groep krijgt regenlaarzen aan van de leiding. Ze moeten dan om ter snelst een parcourstje afleggen. Wanneer een sloeber klaar is, spurt deze naar de rest van de groep en mag de volgende beginnen todat een groep als eerste klaar is. Iedereen van de gewonnen groep krijgt een punt. Plezier verzekerd aangezien de laarzen veel te groot zijn!

Benodigdheden: 4 kegels, 2 hoepels, 2 stoelen, 2 banken, alle autobanden, 2 paar grote regenlaarzen

 

Spel 3: autoband rollen

Gebruik alle autobanden en laat de kinderen om ter snelst hun eigen band rond het gebouw rollen. Wie als eerste terug is, is gewonnen. Laat ze het ook eens achterwaarts proberen. 

Benodigdheden alle autobanden

 

Spel 4: aardappels in emmer gooien

Neem een zak patatten en zet 6 emmers klaar met verschillende punten in. De sloebers mogen dan één voor één proberen zoveel mogelijk patatten in de emmers te gooien. Wie de meeste punten heeft, is gewonnen. Je kan dit ook spelen met tennisballen en zeggen dat het aardappelen voorstellen. 

Benodigdheden: 6 emmers, zak patatten of alle tennisballen, 4 kegels, 

 

Spel 5: was ophangen

Natuurlijk worden er op een boerderij altijd heel veel kleren vies. Al die kleren moeten wel weer worden gewassen en gedroogd. Dit drogen gebeurt meestal buiten. Span 3 lijnen en verdeel de groep in 3. Laat ze zo snel mogelijk al het wasgoed ophangen (ze krijgen evenveel wasgoed per lijn). Wie als eerste zijn wasgoed heeft opgehangen, is gewonnen. 

Benodigdheden: sjortouw, verschillende kleren uit de verkleedkoffer, wasknijpers, 2 scharen

 

Spel 6: hoefijzer werpen

Zet een aantal kegels in een veld en maak een startlijn waar de kinderen achter moeten gaan staan. Geef de kinderen kleine cirkels bestaande uit glowsticks en zeg dat het een hoefijzer voorstelt. Laat elk kind om de beurt 5 cirkels gooien. We de meeste cirkerls rond de kegels heeft gegooid, is gewonnen. 

Bendigdheden: 10 kegels, 8 pakken glowsticks

 

Spel 7: in de kleren van de boer 

Op de grond liggen twee hoepels. In iedere hoepel liggen kleren van de boer. Een overal, laarzen of klompen, een pet en een boerenzakdoek. Op een teken van de leiding trekken twee kinderen zo snel mogelijk alle kleding aan. Wie het eerst klaar is, heeft gewonnen. Doe dit tot wanneer iedereen aan de beurt is geweest. 

Benodigdheden: 2 hoepels, 2 overalls, 2 boerenzakdoeken, 2 paar regenlaarzen, 2 petten

 

Spel 8: melkpakken gooien

Vul een aantal lege melkpakken met een klein laagje zand. Zet ze op een afstand van ongeveer 6 meter. De kinderen proberen om de beurt met een bal de pakken om te gooien. Ieder mag 2x achter elkaar gooien. Wie de meeste pakken heeft omgegooid, is gewonnen. 

Benodigdheden: 10 legen brikken of bussen melk gevuld met wat zand, tennisballen

 

Spel 9: Moeder varken en haar kleintjes: zoek moeder varken

Alle sloebers zijn geblinddoekt en verspreid over het terrein. Een leider of leidster speelt moeder varken en knort rond op het terrein. De sloebers zijn haar kindjes en moeten op zoek naar hun moeder. Dat doen ze door op het geluid van moeder varken af te gaan. Als ze haar kunnen tikken, hebben ze haar gevonden.  Wie als eerste bij mama varken is, is gewonnen.

Benodigdheden: evenveel blinddoeken als er kinderen zijn

 

Spel 10: Marie de geit en haar bokken: bokje-over

Dit is een variant op haasje-over. Verdeel de sloebers in 2 groepen. Alle sloebers staan gebukt en op een rijtje naast elkaar, met telkens voldoende afstand tussen hen. Een voor een springen de sloebers over de bokken. Doe dit van aan de draad tot aan het bos. De groep die het snelst het bos bereikt, is gewonnen.

 

Spel 11: Jules de haan en zijn kippen: eitjes leggen

Zakdoek leggen met een ei. Je verandert dan best de tekst van het liedje naar: ‘Eitje leggen, niemand zeggen, toktoktok zegt onze kip, haren haan is superhip, graantje hier en graantje daar, het volgende eitje zit al klaar.’ Gebruik bij voorkeur een hardgekookt ei. Hier zijn geen punten te verdienen.

Benodigdheden: 2 hardgekookte eieren

 

Spel 12: Wally het schaap en zijn kudde

Wally wil graag zijn kudde schaapjes bij zich houden. Dat doet hij door een bol wol te gebruiken. Verdeel de groep in 2. Alle sloebers steken de draad van de wol door hun T-shirt of trui. Op die manier vormen de sloebers een kudde schaapjes en blijven ze bij elkaar. De groep die als eerste de kudde heeft gevormd, is gewonnen. 

Benodigdheden: 4 bollen wol

 

Spel 13: Bella de koe en haar vriendjes: het koeienspel met de bel

Eén sloeber speelt de koe met de bel. De andere sloebers wandelen rond op het terrein. Als de koe één keer belt, moeten de sloebers springen. Als ze twee keer belt, moeten ze over de grond rollen. Als ze drie keer belt, moeten de sloebers loeien als een koe. Geen punten te verdienen hier.

Benodigdheden: boerderijbel

 

Spel 14: De kip met het gouden ei

Er zijn een paar eieren niet gekookt ei en de rest van de eieren zijn wel gekookt. Iedereen moet een ei pakken en dit op zijn hoofd kapot slaan. Wie het niet gekookte ei op zijn hoofd kapot slaat, heeft het gouden ei en is gewonnen. 

Benodigdheden: evenveel gekookte eieren als er leden en leiding zijn, 1 rauw ei

 

Spel 15: propere handjes

Na al het zware werk op de boerderij verdienen de handen van de boeren wel een opkuisbeurt. De sloebers wassen per twee het stuk zeep dat ze krijgen zo snel mogelijk op. Wie eerst het heeft opgezeept, is gewonnen.

Benodigdheden: 10 stukken zeep, 10 waskommen/emmers met water

Spel 16: zaadjes planten 

Zorg dat je potjes hebt waar je potgrond kan indoen. Laar de kinderen er zaadjes instrooien en doe er opnieuw wat potgrond bij en water. Een week later kunnen de sloebers het resultaat bewonderen. Tuinkers is ideaal! Is al volledig gegroeid na een week. 

Benodigdheden: potgrond, evenveel potjes als er leden zijn, water, zaadjes,